Unizo heeft als belangenverdediger van de kleine en
middelgrote ondernemingen een hot item gevonden waar menig werkgever ’s nachts van
wakker ligt: de nepsollicitant! Volgens Unizo-topman Van Eetvelt drijven ze de
kost van de sociale zekerheid op, ontnemen ze andere kandidaten kansen en doen
ze werkgevers tijd verliezen. ‘Dit kan je geen marginaal probleem meer noemen’,
aldus de Unizo-topman.
De voorbije drie jaar heeft onze organisatie elf vacatures
verspreid. Ondanks dat de loonvoorwaarden in de sociaal-culturele sector zeker
niet om over te op te scheppen zijn, laat staan dat we extralegale voordelen bieden,
kregen wij telkens vele tientallen sollicitanten die zich zelfs bereid toonden
om nog avondopleidingen te volgen die we in de vacature als noodzakelijk
aanstipten. Jammer genoeg diende ik telkens capabele en/of gemotiveerde mensen
teleur te stellen.
Als we een nieuwe vacature verspreidden brak me het zweet niet
uit bij de idee van de massa nepsollicitanten. Dat deze sollicitanten de
werkgever tijd doen verliezen is lachwekkend. Dat ze andere kandidaten kansen
zouden kosten, zou meer zeggen over het niveau van de werkgever of de HR-dienst
dan over de nepsollicitant. Inderdaad, in die drie jaar heb ik een handvol
sollicitaties gekregen die wel zeer mager waren. Waren het nepsollicitaties? Ik
zou het niet durven te zeggen. Maar laat ons zeggen dat ze zo uit de boot
vielen dat je er nog geen twee minuten aan verloor. Er zijn dus wel problemen
waar ik meer tijd in moet investeren dan de nepsollicitant.
Als werkgever heb ik trouwens wel andere dingen te doen tijd te
investeren in het doorgeven van potentiële nepsollicitanten aan de VDAB. Het is
ook een grote verantwoordelijkheid, iemand op basis van één sollicitatiebrief bij
de VDAB aangeven als nepsollicitant? Ik kan me trouwens niet inbeelden dat als
de VDAB bij werkzoekenden bewijzen opvraagt van het solliciteren, zij niet kritisch zouden zijn als blijkt dat de meeste sollicitatiepogingen wel zeer mager uitvallen.
Neen, van die nepsollicitaties lig ik niet wakker. Dan lig
ik als mens nog eerder wakker van de vele gemotiveerde sollicitanten die ik teleur moet
stellen na een selectieprocedure waar ze het beste van zichzelf hebben gegeven.
Of van sollicitanten die soms met (te) weinig bagage toch heel gemotiveerd komen solliciteren maar nagenoeg
verloren zijn op de huidige krappe arbeidsmarkt. Of van sommige werkgevers die ondanks mooie
winstcijfers ervoor kiezen om toch enkele tientallen of honderden mensen aan de
kant te schuiven ‘om de competitiviteit te verhogen’ … waardoor ik bij de
volgende vacature nog meer sollicitanten teleur moet stellen. Daar lig ik
wakker van.